1. Werkgever is gehouden een pauze te verlenen aan werknemer indien werknemer meer dan 5,5 uur arbeid achtereen verricht. Voor 16- of 17-jarige werknemers geldt een tijdspanne van meer dan 4,5 uur achtereen werken.
  2. De duur van de totale pauzetijd is tenminste:
    1. 30 minuten bij diensten waarin meer dan 5,5 uur (respectievelijk 4,5 uur voor 16- en 17-jarige werknemers) arbeid wordt verricht, doch niet meer dan 8 uur arbeid wordt verricht;
    2. 45 minuten bij diensten waarin meer dan 8 uur arbeid wordt verricht, doch niet meer dan 10 uur arbeid wordt verricht;
    3. 60 minuten bij diensten waarin meer dan 10 uur arbeid wordt verricht;
    4. de in lid 2a, 2b en 2c genoemde pauzes kunnen worden gesplitst in
      pauzes van elk ten minste 15 minuten.
  3. Werkgever is gerechtigd in overleg met de ondernemingsraad, personeelsvertegenwoordiging of algemene  personeelsvergadering een pauzeregeling op te stellen, waarin het totaal van de pauzetijd uitgaat boven de in lid 2 genoemde minimumpauzetijden, waarbij de maximumduur van een lunchpauze 1 uur kan bedragen en de maximumduur van een dinerpauze 3 uur.
  4. Pauzes worden niet tot de arbeidstijd gerekend: gedurende de pauze bestaat geen recht op doorbetaling van het salaris.
  5. Indien de voortgang van de werkzaamheden dit vereist wordt de pauze op verzoek van werkgever verschoven, met dien verstande dat de pauze dient te liggen tussen 2 uur na aanvang van de werkzaamheden en 2 uur voor het einde van de werkzaamheden. Indien dit niet mogelijk is, wordt de pauzetijd betaald.
  6. Koffie- en theepauzes van maximaal 15 minuten en maximaal drie keer per dag worden beschouwd als werktijd. Met dien verstande dat er op een werkdag minimaal 2,5 uur tussen de verschillende koffie- en theepauzes ligt.
  7. Reeds bestaande pauzeregelingen kunnen alleen worden gewijzigd met instemming van de ondernemingsraad, personeelsvertegenwoordiging of algemene personeelsvergadering.