1. Overwerk betreft uren die – op last van werkgever – daadwerkelijk gewerkt zijn boven het contractueel overeengekomen aantal op kalenderjaarbasis te werken uren. Van overwerk is eveneens sprake in geval werknemer door de aard of omstandigheden van het werk gedwongen is extra uren te werken.
    Meerwerk betreft uren die – op vrijwillige basis van werknemer en na overleg vooraf met werkgever – daadwerkelijk gewerkt zijn boven het contractueel overeengekomen aantal op kalenderjaarbasis te werken uren. Overwerkuren en meerwerkuren geven recht op vakantietijd en vakantiegeld. Voor overwerkuren geldt tevens een toeslag.

    1. Bij arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd, korter dan of gelijk aan een jaar is sprake van overwerk als het contractueel overeengekomen aantal uren wordt overschreden dat in de individuele arbeidsovereenkomst is bepaald. Uitbetaling vindt plaats aan het einde van de in het contract vastgestelde looptijd.
    2. Er kan met instemming van de ondernemingsraad, personeelsvertegenwoordiging of algemene personeelsvergadering een marge van maximaal 28 uur per kalenderjaar aangehouden worden. Indien het aantal overwerkuren binnen deze marge blijft, worden deze uren als reeds gewerkte uren doorgeschoven naar het erop volgende jaar. Zodra deze marge van 28 uur overschreden wordt, wordt  et volledige aantal overwerkuren, vanzelfsprekend inclusief overwerktoeslag, uitbetaald. Deze marge  is ingesteld om te voorkomen dat veel kleine overschrijdingen, deels ten gevolge van korte termijn  roostervariaties, aan het eind van het kalenderjaar leiden tot veel extra administratieve lasten van beperkte financiële omvang. De marge geldt niet voor een arbeidsovereenkomst met een gegarandeerd minimum aantal uren en een maximum aantal uren (artikel 12).
    3. Als de onderneming reeds een bestaande marge hanteert, kan de regeling alleen gewijzigd worden na instemming van de ondernemingsraad, personeelsvertegenwoordiging of algemene personeelsvergadering.
    4. Werkgever kan met betrekking tot de in lid 1b gestelde marge eenmalig een voor de organisatie geldende peildatum kiezen uit óf 30 juni óf 31 december. Deze peildatum kan daarna alleen gewijzigd worden met instemming van de ondernemingsraad, personeelsvertegenwoordiging of algemene
      personeelsvergadering.
    5. De bepalingen met betrekking tot overwerk zijn alleen van toepassing op functieniveaus 1 tot en met 6.
  2. Voor elk overwerkuur geldt een toeslag van 25 procent van het feitelijk salaris. Over deze toeslag van 25 procent wordt eveneens vakantietoeslag berekend, tenzij het in lid 3 van dit artikel bepaalde van toepassing is. De toeslag van 25 procent is niet pensioen gevend en evenmin vakantietijd gevend. Er geldt geen toeslag van 25 procent wanneer er sprake is van meerwerk.
  3. Overwerk wordt in principe vergoed in geld en is afhankelijk van de geldende pensioenregeling wel of niet pensioen gevend. Werkgever en werknemer kunnen in afwijking hiervan gezamenlijk bepalen dat het overwerk (gedeeltelijk) vergoed wordt in vrije tijd. De overwerktoeslag wordt in ieder geval in geld uitgekeerd. De in een jaar ontstane overwerkuren worden met inachtneming van lid 2 binnen twee maanden na einde jaar of na beëindiging arbeidsovereenkomst uitbetaald.
  4. Er kan met instemming van de ondernemingsraad, personeelsvertegenwoordiging of algemene personeelsvergadering afgeweken worden van het in lid 1 en lid 3 van dit artikel bepaalde.
  5. Als de onderneming reeds een regeling heeft die afwijkt van lid 1 en lid 3 van dit artikel, kan de regeling alleen gewijzigd worden na instemming van de ondernemingsraad, personeelsvertegenwoordiging of algemene personeelsvergadering.
  6. De zwangere en/of borstvoeding gevende medewerker kan niet worden verplicht tot overwerk (zie ook artikel 49).

² Dit artikel is alleen van toepassing op de overeenkomsten uit artikel 10, 11 en 12.